In een week kan veel gebeuren.
Nu, op de laatste avond van de zomertijd van een zomer die dan misschien wel geen zomer leek, maar heuselijk waar wél een zomer was. En dat ligt echt niet allemaal aan het milieu, want de historie herhaalt eenduidige verhalen. Maar dat we met een stevige waarschuwing, een grote opgeheven vinger te maken hebben, dat snapt bijna iedereen heus wel.
Het begin van deze week beloofde niet veel goeds. Een medebewoonster overleed. Iets wat op NAH eigenlijk heel gewoon is. Als bewoner weet je wat je te doen staat; ruimte maken voor een ander. Het klinkt bot, maar het is nu eenmaal zo. Het hele jaar staat al in het teken van mijn achteruitgang, sommigen weten dat. Ik laat dat niet graag merken. Laat mijn pijn de mijne zijn.
Ik verlies de kracht om te lopen, terwijl de onderzoeken aantonen dat m’n onderstel gezond is. Ik ga moeilijker ademen, moeilijker spreken. De grip van m’n handen wordt minder krachtig, m’n bewegingen onzeker. Dat doet een CVA.
Ik ben onvermoeibaar door blijven gaan met wat ik deed. Ik luisterde wel naar de bezorgdheid om mij heen, maar niet echt. Het leven wil zich laten leven, en vooral voor mij, wie een blessuretijd gegund was.
Om een lang verhaal kort te maken, het kwam zover dat ik met m’n EVV-zuster’s arm om mij heen op het randje van m’n bed zat, hopeloos huilend en snikkend en niet meer kunnend. De kracht was op. Er moest gepraat, overlegd worden.. Het werd tijd om m’n dochter op de hoogte te stellen. Conclusie is dat mijn fysieke rust heel goed is, mijn slaap ook prima maar dat dit niet betekent dat ik mentaal uitgerust raak.
Vastgesteld moest worden waaraan ik mentale energie ontleen, en m’n huidige schema van dag actief/ dag rust ging op de schop. Voortaan wordt ik per dag beoordeeld. Doorgeleerde NAH-zusters zijn daar heel goed in. Ik ga minder afspreken, en afspraken worden gewoon afgezegd als ik die dag minder in vorm ben.
Ik blijf voortaan vaker en langer thuis, ga schrijven aan m’n boek, me verder verdiepen in de lomografie en ga weer fijn analoge portretten maken met schitterende analoge camera’s die mijn leeftijd hebben of zelfs ouder zijn. Ik kan er niet voor iedereen die me nodig heeft zijn. Gaat niet. Lukt niet.
Het is een keiharde en pijnlijke beslissing om je regie uit handen te geven. Het hing er even om of ik met m’n maat Alfred wel naar Freek de Jonge in Middelburg zou kunnen gaan, maar na een goede nacht geslapen te hebben merkte ik een nieuw soort rust in me opkomen. Ik hoefde zo nodig niet dit, of niet dat. Er was maar één doel in plaats van meerdere doelen, zoals ik gewend ben.
En zo doende stuurde Alfred de auto naar Middelburg. Een gedeelte binnendoor, want we wilden graag een moment bij het monument op de Sloedam zijn.
Het werd een mooie avond. De zon zakte op een prachtige manier achter de Lange Jan, die ik van Alfred niet de Westertoren mag noemen en Freek had vervolgens de hele zaal in zijn ban.
Tegen het eind vertelde hij het verhaal van de dronken loods in Vlissingen, die een schip door de Westerschelde moest helpen op weg naar Antwerpen. Met op de ene oever Borssele, en de ander Doel…
En hij legde uit wat het verschil was tussen loodsen en schipperen. En dat verklaarde meteen mijn eigen verhaal. De cirkel was rond.
De uitzending is 25 december en het programma heet ‘Vrede op Aarde’.
Goed opletten wat er gezegd wordt…
Geweldig weer gegeven Aad. Vooral dat loodsen en schipperen. Zelfkennis ontbreekt niet aan je. Geniet van alles om je heen. Maar denk zeker ook aan jezelf. Je hoeft niet iedereen te pleasen.
Dikke knuffel.
Aangrijpend , mooi , intens geschreven Aad .
Hoop echt dat jij door meer je gemak te houden weer meer kan genieten het leven.
Hoop binnenkort een eigenzinnige foto te zien door jou gemaakt.
Groet , Gerard van Offeren
Jongen toch.. stoere worstelaar… big hug ..