20 januari 2024

Geplaatst op

Terwijl ik dit schrijf is het zaterdag. De dag van De Grote Uittocht.

Menig medebewoner ‘mag’ dan naar huis. Voor de meesten betekent dat naar hun geliefde, de partner waarmee ze een thuis delen, lief en leed, blij met elkaar. Het geluk is in hun ogen te lezen als ze de ruimte die hier ‘huiskamer’ wordt genoemd, verlaten.

Mooi is dat, iemand te hebben, die ondanks alles, door weer en wind, van je houdt. Het geluk van mijn medebewoners die nog een huwelijk genieten komt hier groter op me over. Het ‘we zijn er nog’, klinkt hier stil, maar duidelijk, zonder één uitgesproken woord.

Als de vertrekgeluiden zijn weggestorven, zit er nog een klein groepje met veel tussenruimte bij elkaar. Bij de eerste valt de kin al op de borst. Het ritueel van wassen, aankleden, ontbijten en de drukte van de vertrekkenden, eist haar tol. Prikkels zijn energievreters, sluip-klaasvaken…

Ik vertrek, zoals elke zaterdagmorgen op m’n parlevinker naar de Jumbo. M’n lijstje zit in m’n bol, als hersentraining. Ik maak nooit lijstjes, onthoud enkel met hoeveel dingen ik terug moet keren. Reken, dan vergeet je niks. Althans, ik niet.

Vanmorgen o.a. twee dozen Negerzoenen en een buisje Tandenpillen, flesje witte wijn. Tandenpillen zijn van die gebitsreinigingstabletten die men bij het intreden van de nacht, maar stiekem vaak ook eerder al, in een bakje water bij het kunstgebit legt. Dat bruist zo lekker.

Terwijl ik weg ben, is de gezelligheid zelve al binnengestapt. Met haar enorme schoonmaak-kar. Het is een lieve, een leuke en constantmaardoorwerkster. Iedereen houdt van haar. Zo’n Raatskelder-type.

Grappig is, dat als ik ‘Raatskelder-type’ zeg, iedereen meteen begrijpt wat je bedoelt. En dat is niet negatief.

Bij terugkomst ga ik even naar mijn kamer. De zon beschijnt het besneeuwde gebied tussen mij en de achterkant van het Norbertus. Dus dat zijn de oude Charitastuin met haar sneeuwbeladen bomen, en over het belendende parkeerterreintje de sportvelden van het Norbertus en daarachter weer de bouw van de nieuwe school. Een stiltegebied waar enkel circus Eekhoorn & Vogel wat amusement biedt.

Ik ben een denker die vandaag beseft dat wij, hier bij NAH Wiekendael, geen zielige achterblijvers zijn. Al denkt de wereld buiten dat vaak. Ons blijft juist veel bespaard, en, er wordt genoten van elkaars aanwezigheid. De zusters zijn gezellige vriendinnen, die intussen bedrijvig bezig blijven.

Bij mij valt er gelukkig nogal eens een What’s Appberichtje binnen dat begint met ‘Heb je zin om…’

En ik heb altijd zin. De afzenders zitten in mijn hart, en bieden altijd gezelligheid en een luisterend oor. Mijn ‘actieve’ dagen kom ik geestelijk en lichamelijk hink-stap-springend door, de ‘passieve’ dag erna is meestal hinkend, en zij lijken de enigen die dat begrijpen. Ik zal bij hen nacht nooit braken.

Ik lig dan allang weer in m’n bedje, met m’n hoofd aan de Charitastuin, waar de oude bomen over me waken…

3 reacties op “20 januari 2024&rdquo

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *